Weet er iemand wat de wetgeving precies zegt over het toezicht doen terwijl een redder zwemles geeft? 

concreet voorbeeld: een redder geeft zwemles aan 6 kinderen. Voor de rest is het zwembad leeg. Is het noodzakelijk om een tweede redder aan het bad te hebben of mag dit iemand anders zijn (zonder reddersdiploma) die 'toezicht' houdt? 

Alvast bedankt!

Weergaven: 295

Reacties op vraag/bericht

Een leerkracht, trainer, lesgever of begeleider van activiteiten in het zwembad, kan een lesgeefactiviteit combineren met de functie van toezichthoudend redder onder de volgende voorwaarden:

  1. hij/zij moet zich constant op de kade bevinden en alle baders die tot een groep behoren rechtstreeks kunnen gade slaan;
  2. het aantal baders onder zijn/haar toezicht mag maximum 35 bedragen;
  3. hij/zij in het bezit is van het Hoger Reddersbrevet van BLOSO of van een ander gelijkwaardig getuigschrift goedgekeurd door BLOSO. (! inclusief jaarlijkse bijscholing)

(VLAREM II - art. 5.32.9.2.2.§3bis)

Opmerking: Paragraaf 3bis werd ingevoegd met art. 205 § 2 (Besluit van de Vlaamse Regering 19/1/1999) en
trad in voege op 1/5/1999. Let wel dat § 3 bis slechts mag toegepast worden indien de baden hun vergunning hebben laten aanpassen aan deze bepalingen van VLAREM II bis.

Zie Vlarem-infomap voor tekst en uitleg bij de Vlarem-reglementering voor zweminrichtingen.

Ok, hieruit begrijp ik dus dat mijn vraag negatief beantwoord wordt, aangezien deze persoon geen reddersbrevet heeft. Bedankt.


Marjolein van Poppel zei:

Een leerkracht, trainer, lesgever of begeleider van activiteiten in het zwembad, kan een lesgeefactiviteit combineren met de functie van toezichthoudend redder onder de volgende voorwaarden:

  1. hij/zij moet zich constant op de kade bevinden en alle baders die tot een groep behoren rechtstreeks kunnen gade slaan;
  2. het aantal baders onder zijn/haar toezicht mag maximum 35 bedragen;
  3. hij/zij in het bezit is van het Hoger Reddersbrevet van BLOSO of van een ander gelijkwaardig getuigschrift goedgekeurd door BLOSO. (! inclusief jaarlijkse bijscholing)

(VLAREM II - art. 5.32.9.2.2.§3bis)

Opmerking: Paragraaf 3bis werd ingevoegd met art. 205 § 2 (Besluit van de Vlaamse Regering 19/1/1999) en
trad in voege op 1/5/1999. Let wel dat § 3 bis slechts mag toegepast worden indien de baden hun vergunning hebben laten aanpassen aan deze bepalingen van VLAREM II bis.

Zie Vlarem-infomap voor tekst en uitleg bij de Vlarem-reglementering voor zweminrichtingen.

RSS

© 2024   Gemaakt door Netwerk Lokaal Sportbeleid.   Verzorgd door

Banners  |  Een probleem rapporteren?  |  Algemene voorwaarden